ontspanning

De laatste tijd heb ik mijn ontspanning gehaald uit het breien van vogels.
Aanleiding was de vogelgekte van mijn Noordnetmaatje Jitske. Op het internet kwam ik een patroon tegen van een koolmeesje http://cache.lionbrand.com/faq/551.html?www=1&language= . Echt een leuk cadeautje om voor Jitske te maken.

koolmees en Jitske's vogel

Het koolmeesje staat nu bij mij zelf op de pronk, dus heb ik voor Jitske een iets kleurrijkere vogel gebreid
( titel vogel II: 'Van de straat'). Daarna had ik de smaak te pakken en maakte ook voor vrouw Westenbrink een vogeltje. Deze vogel moest natuurlijk wel van handgesponnen en zelf geverfde wol gemaakt worden (titel vogel  III: 'kleurrijk naturel').

'Kleurrijk naturel'

In mijn omgeving vallen de vogels erg in de smaak. Cor was echter wel een beetje sneu 'alle vogels vliegen de deur uit'. Dus vogel IV is speciaal voor hem gemaakt. 'Dudel Jo' vond hij wel een passende naam.

Nu wil ik nog uitdenken hoe ik dit van creatieve ambacht naar beeldend werk kan transformeren.

Nederlandse vertaling van dit patroon:



Koolmees:

Nederlandse vertaling van het patroon 'Blue tit' van Leslie Stanfield

materiaal:

garen

(A) wit

(B) blauw

(C )zwart

(D) olijfgroen

(E) geel

gebruikte afkortingen

r = recht breien
a = averechts breien
m = meerderen
st = steek
2rs=2 steken recht samenbreien
aro=1steek recht afhalen, 1 steek recht breien, afgehaalde steek over gebreide steek halen
a2ro= twee steken tegelijk recht afhalen, 1 recht breien, afgehaalde steken over de gebreide steek halen

Kop:

zet 2 steken op met kleur A

pen 1: (goede kant) 1r, m1, 1r, (totaal 3 steken)

pen 2: a

pen 3: 1r, ( m1,1r)twee keer, (totaal 5 st.) ga verder met kleur B.

pen 4 en verder alle pennen aan de verkeerde kant a.

pen 5: 1r, (m1, 1r)vier keer ( =9 steken)

pen 7: 1r, m1, 7r, m1, 1r. (=11st.)

pen 9: 9r, keren, 7a, keren, 6r, keren, 5a, keren, r tot eind.

pen 11: 1r, 2rs, 5r, aro, 1r. (=9st)

pen 13: 1r, 2rs, a2ro, aro, 1r (= 5st)

pen 14: a, breek kleur B af. Ga verder met kleur A.

pen 15: Houd het werk met de goede kant naar je toe en begin bij de opzet, gebruik 4 naalden:

Neem met kleur A 3 st op van de zijkant van kleur A en 9st van de zijkant van kleur B.

Met de tweede naald ( 2rs, 1r, aro) over de vijf steken die nog op de naald stonden.

Met de derde naald: neem 9st. Van de zijkant van kleur B en 3st. Van de zijkant van kleur A op.

Brei de volgende pennen heen en weer.

pen 1: verkeerde kant van het werk a, ga verder met kleur C.

pen 2: r breek kleur C af.

pen 3: zet de eerste 2 st op een hulpnaald. Brei verder met drie draden:

kleur A: 9a. Kleur C 5a, kleur A 9a

Zet de laatste 2 st op een hulpnaald. (= 23st)

pen 4: 9rA, (1r, m1, 3r, m1, 1r)B, 9rA (= 25 st.)

pen 5: a 9A, 7C, 9A

pen 6: r 9A, 7C, 9A.

pen 7: a 8A, 9C, 8A

pen 8: r 7A, 11C, 7A

pen 9: a 6A, 13C, 6A Ga verder met kleur D

Rug:

pen 10: 8r, m1, (3r, m1) drie keer, 8r. (=29st.)

pen 11 en alle pennen aan de verkeerde kant a.

pen 12: r

pen 14: (2rs) twee keer, 7r, ( m1, 7r) twee keer, (aro)twee keer (= 27 st.)

pen 16: (2rs) twee keer, 6r, m1, 7r, m1, 6r, (aro) twee keer ( = 25 st.)

pen 18: (2rs) twee keer, 5r, m1, 7r, m1, 5r, (aro) twee keer (= 23 st.). Herhaal deze manier van minderen en meerderen tot er nog 15 st over zijn (er zijn dan 26 pennen gebreid)

pen 27: a

pen 28: (2rs) twee keer, m1, 7r, m1, (aro) twee keer. (=13 st.)

pen 30: (2rs) twee keer, 5r, (aro) twee keer

pen 32: 2rs, 5r, aro (= 7st.) ga verder met kleur B

Staart:

pen 1: a

pen 2: goede kant van het werk. 2R, (1a, 1r) twee keer, 1r

pen 3: 1r (1a, 1r) drie keer.

Herhaal pen 2 en 3 tot de staart de gewenste lengte heeft.

Recht afkanten, maar aan de verkeerde kant van het werk.

Buik:

Goede kant naar je toe. Zet de vier steken van de hulpnaald op een naald en brei met kleur C het befje:

pen 1: (2rs) twee keer (= 2st.)

pen 2 en alle even pennen a

pen 3: 1r, m1, 1r (=3 st)

pen 5: 1r, ( 1m, 1r) twee keer (=5 st.)

pen 7: 1r, m1, 3r, m1, 1r (=7 st.) Ga verder met kleur E

pen 8, 9 en 10 brei zoals de steken zijn.

pen 11: 1r, (m1, 1r ) zes keer, (=13 st.)

pen 13: 1r, m1, r tot laatste steek, m1, 1r. (=15 st.)

pen 15: als 13 (= 17 st.)

pen 17: r tot laatste 2 st, keren, a tot laatste 2 steken, keren, r tot laatste 3 st., keren, a tot laatste drie st., keren, r tot eind.

pen 19: als 13 ( = 19 st.)

pen 21: als pen 17

pen 23: als pen 13 (=21 st.)

pen 25: als pen 17

pen 27: aro, 3r, aro, 7r, 2rs, 3r, 2rs. (=17 st.)

pen 29: aro, 2r, aro, 5r, 2rs, 2r, 2rs (= 13 st.)

pen 31: aro, 1r, aro, a2ro, 2rs, 1r, 2rs. (=7st.)

Ga verder met kleur B en brei de staart zoals bij de rug.

Vleugeltip:

Goede kant van het werk naar je toe.

Gebruik kleur D, begin met steken op te nemen van de rug bij de eerste meerdering. Neem recht breiend 19 st. op.

Ga verder met kleur B en brei 1 pen a

pen 2: (goede kant) 2r, (1a, 1r) zeven keer, keren, in boordsteek 13 st. keren, boordsteek 9st, keren,

boordsteek tot eind. Recht afkanten.

Brei de andere vleugeltip in spiegelbeeld.

Snavel:

dit is het patroon dat bij het origineel hoort, ik vind het zelf niet zo'n mooie snavel en maak hem iets langer.

kleur C zet 5 st op.

Aan de goede kant van het werk: 1r, a2ro, 1r. Trek de draad door de overgebleven 3st. En trek strak.

Afwerking:

hecht alle draden goed af.

Naai de delen aan elkaar. Vul de vogel.

Naai eventueel kraaltjes als ogen.

Maak van metaaldraad eventuele poten

Wikkel garen om het metaaldraad.

Veel plezier bij het maken

© Mathilde Jongbloed

'Dudel Jo'